filosofie, levenskunst

ZWART WIT – EEN HARD LEVEN IN CHINA

Vanmorgen had ik me met mijn lief op de bank geparkeerd: hakend aan een cadeautje voor vrienden voor morgen, een kopje cappuccino naast me en de televisie aan. Ik zapte door naar een kanaal waar ik in een Chinese documentaire viel, met als onderwerp; het harde leven en bijbehorende keuzes van Chinese boeren die niet meer rond kunnen komen van hun boerderijen en daardoor naar de stad vertrekken om in de fabrieken gaan werken.

De documentaire richtte zich op een familie: de vader en moeder, laaggeschoold, vertrekken al vroeg in het leven van hun twee kinderen naar de stad om geld te verdienen. De kinderen worden van jongs af aan door opa en oma opgevoed. Wanneer zij hun ouders eindelijk zien en spreken, hameren die vooral op goede scholing en genoeg geld verdienen, omdat ze iets beters voor hun kinderen willen. De aandacht van hun ouders, die de kinderen zo missen, wordt verpakt in zorgen, waardoor de kinderen eerder rebelleren dan hun advies op willen volgen. De dochter kiest er uiteindelijk voor om – tegen de wens van haar ouders in – haar school te verlaten en in dezelfde fabriek als haar ouders te gaan werken.

Men filmt het harde werk dat de arbeiders leveren. De enorme rijen voor de trein, het gevecht om terug naar huis te kunnen en maandenlang te sparen voor een treinkaartje. De fabriek in kwestie is een textielfabriek, waar kleren genaaid worden. Kleren die voor de export genaaid worden, die we bij de H&M en C&A met het labeltje ‘Made in China’ kopen. We zien de gevechten die het meisje met haar ouders levert, en hoe ze uiteindelijk als serveerster in een nachtclub terecht komt. De zorgen van de ouders, de uitzichtloosheid van de situatie.

Het zien van die praktijken geeft me drang om al mijn H&M en aanverwante kleding in de Humana bak te gooien, om alleen nog maar fairtrade te kopen en er vooral van alles van te vinden. Het meisje is daarbij ook nog eens veel te jong om te werken. Maar dan vervolgd de documentaire; wanneer er een gros aantal fabrieken in de stad gesloten worden, komen duizenden arbeiders zonder werk te zitten. Ze ontvangen geen pensioen, geen uitkering, ze hebben geen diploma’s… ze hebben niets meer. Zoals vaak het geval is, is er nooit een simpele oplossing voor dit soort dingen. Deze producten boycotten heeft niet automatisch het beste resultaat voor de mensen die er nu op mensonterende wegen hun geld mee verdienen. Er moet meer gebeuren dan dat.

Het lijkt een beetje op de voedselnood in Afrika, wij sturen daar voedsel heen, maar wat er daar eigenlijk gebeurt is dat zij zelf hun oogsten niet meer kunnen verkopen, omdat de voedselprijzen armzalig laag worden door het gratis voedsel dat lang als ‘ontwikkelingshulp’ gezien werd. En zo wordt het geven van hulp, het ‘voor of tegen’ beslissen, een ethisch dilemma.

In mijn minor filosofie was Ethiek mijn slechtste vak. Argumentatie, essays, ik vond het allemaal heerlijk om te doen. Maar ethiek vond ik zo ontzettend moeilijk. Ik leerde daar dat de meeste ethische beslissingen gemaakt worden op basis van een theorie. Dat moet ook haast wel, want het moeilijke aan een ethisch dilemma is dat je altijd meerdere kanten aan een zaak hebt, en er verliezen aan alle kanten zijn. Je kiest voor de ‘beste’ optie.

Dit kun je doen door bijvoorbeeld het gelijkheidsbeginsel te volgen ‘elke burger heeft recht op gelijke behandeling in gelijke gevallen’ of het utilitarisme en bijvoorbeeld Bentham volgen in zijn theorie  ‘het grootste geluk voor het grootste aantal mensen’. Natuurlijk zijn er ook heftigere versies, zoals die van Hobbs en Machiavelli, die beiden geloven in een totalitaire alleenheerser. In politieke filosofie hebben we een aantal van deze theorieën en stellingen behandeld en de daaruit voortvloeiende discussies waren zeer interessant. De theorieën bleken in ieder geval nooit perfect, en de keuze voor een theorie bleken erg afhankelijk van persoonlijke voorkeur, overtuigingen en levensstijl, kortom, passen ze bij je wereldvisie?

Een theorie kiezen om een ethisch dilemma mee aan te pakken, is een manier om ‘groot’ gebruik, met name in de politiek, uit te oefenen. Als je het over een heel land, een bevolking, een staat heb, dan moet je terug kunnen grijpen op theorieën die mensen zoveel mogelijk als individuen probeert te behandelen, maar toch op grote schaal inzetbaar is.

Uiteindelijk is dat natuurlijk het moeilijkste wat er is. Op politieke schaal hebben we het over ‘Chinezen’, ‘Arbeiders’, ‘Economie’ en ‘Mensenrechten’. Ik weet niet meer wie het zei, maar ik geloof dat het uit het Boeddhisme komt, dat het generaliseren van dingen ervoor kan zorgen dat er kwaad wordt gedaan. Het is veel gemakkelijker om over een meerderheid te oordelen alsof het geen individuen met verschillende persoonlijkheden en acties kent, maar een ‘groepering’ is. Dan krijg je de misverstanden dat mensen geloven dat ‘alle Moslim’s extremisten zijn’ of ‘alle jongeren lui’ of ‘alle Amerikanen dik’ noem het maar op, de vooroordelen zijn eindeloos.

In de nieuwste Yoga magazine, dat gisteren op de mat plofte, wordt daar op een mooie manier naar verwezen. Er stond een quote in die ik nu even niet kan vinden, maar het was zoiets van ‘Schoonheid zit in het oog voor details, wreedheid zit in het generaliseren.’ Ook staan er een paar fijne recepten in, met een verwijzing naar de yama’s (de leefregel uit de yoga sutra’s);

[Ahimsa ‘geweldloosheid’
– schaad anderen niet. Als je vlees koopt ben je indirect verantwoordelijk voor de dood en kwelling van het dier. Kies voor een geweldloos dieët.

Satya ‘waarheid’ 
– weet waar je eten vandaan komt. Hoe is het voedsel op je bord geteeld? Hoe zijn de dieren behandeld? Wees kritisch en onderzoekend, wees eerlijk.

Asteya ‘niet stelen’ ; neem niets wat jou niet toekomt.
– Koemelk, bijvoorbeeld, is bedoeld voor kalfjes. Koop biologisch en fairtrade, steel niet van arme boeren in ontwikkelingslanden.

Bramacharya ‘kuisheid’ 
– seks is de kracht die leven creëert, een kracht die niet misbruikt mag worden. Koeien worden geïnsemineerd om zoveel mogelijk kalfjes te produceren en als melkfabrieken gebruikt worden. Bepaal of je daar onderdeel van wilt zijn.

Aparigraha ‘afzien van bezit’ 
– leef simpel, zodat anderen simpelweg kunnen leven. ‘Overconsumptie is een groot probleem. Het zorgt voor moeilijkheden op het gebied van gezondheid, milieu en maatschappij. Neem niet meer dan je nodig hebt. – Yoga Magazine nr 2 2011]

Deze leefregels uit de yama’s zijn ook een manier om te kijken naar hoe je consumeert. Vooralsnog is het moeilijk te zien wat er precies na aanleiding van je beslissingen gebeurt. Valkuilen om niet over die beslissingen en gevolgen na te hoeven denken kunnen zijn ‘ja maar, iedereen doet het, wat maak ik nu voor verschil.’ En mijn persoonlijke valkuil ‘ja maar, stel dat iedereen dit doet, wat betekent dat dan voor de wereld?’ Als iedereen vegetarisch wordt, wat gebeurt er dan met alle koeien? Als iedereen fairtrade koopt, wat gebeurt er dan met die Chinese arbeiders? Dat zijn dingen waar ik mijn hoofdje nog wel eens over breek.

Uiteindelijk is het heel moelijk om te voorspellen wat je acties precies voor consequenties hebben. Het enige wat je inderdaad kunt doen, en wat de leefregels uit de veda’s ons ook vertellen, is om kritisch en bewust te zijn en te blijven. Aan te voelen wat je werkelijk nodig hebt, en wat je ego nodig denkt te hebben. Ik tuimel ook vaak genoeg in de valkuil dat ik weer eens denk dat ik anders moet zijn, anders moet kleden, of het huis anders moet. Terwijl simpliciteit me eigenlijk het best past. Dan ben ik rustig en tevreden, dan hoeft er niets anders. Dat geeft me ook meer rust.

We, jij en ik, kunnen de wereld niet in één keer veranderen. Dat gaat heel geleidelijk. Denken in zwart en wit is namelijk óók absoluut. Vaak beland je in een grijs gebied, met behoud van je principes en morele overtui
gingen. Ik heb uit persoonlijke ervaring gezien hoe zwart/wit denken, ook in goed of fout, ook de meest spirituele mensen op het verkeerde been zet. Er is namelijk geen goed of slecht, er zijn steeds situaties, die allen een andere aanpak vereisen om ‘het goede’ te doen. En wat het goede is, dat verschilt per situatie. En dat, my friends, maakt ethiek zo lastig.

Om af te sluiten met de woorden van Frank Boeijen ‘denk niet wit, denk niet zwart, maar in de kleuren van je hart.’


Published by Nienke

Nienke is geïnteresseerd in een groenere, mooiere wereld. Houdt van cappuccinos, sushi, minimalisme, duurzame (tweedehands) producten en reizen. Gek van Japan. Dol op haar man en twee dochtertjes.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *